Contact in verbinding

Geplaatst op 26 januari 2019

In mijn vorige blog heb ik geschreven over wat jou als therapeut effectiever maakt, of juist minder effectief, dan collega hulpverleners.

Het verschil wordt gemaakt door de wijze waarop effectieve therapeuten contact maken door volledig en oordeelsvrij (waardenloos) aan te sluiten bij de ander en hebben ze het vermogen om snel tot een positieve werkrelatie te komen.

Dat vraagt natuurlijk wel wat, omdat iedere hulpverlener een groot deel van de opleiding geïnvesteerd heeft in het ontwikkelen van kennis en kwaliteiten, om snel tot een professioneel oordeel  te kunnen komen. Iedere beroepsgroep heeft daarvoor de eigen ‘evidence based’ handboeken, naslagwerken, DSM’s, vragenlijsten en inmiddels ook richtlijnen, protocollen en zorgpaden.

Uit recent onderzoek blijkt dat huisartsen binnen hun consult van 10 minuten, hun patiënten zo’n 15 vragen over de klachten stellen om snel tot een oordeel te komen. In moeizaam lopende contacten kan dit uiteindelijk tot ergernis leiden, omdat de patiënt zich niet gehoord en gezien voelt in zijn eigen worsteling in het omgaan met de klachten. Als er dan ook nog eens geen oplossing voor het probleem komt, dan komt dat, in het oordeel van de arts, meestal door het gedoe van de patiënt.

Herken je dit?

Als we zo ons best hebben gedaan voor een patiënt die alleen maar weerstand heeft laten zien, niet gemotiveerd is, niet therapietrouw is, een verkeerde leefstijl heeft of geen hulpvraag heeft, dan wordt het gedoe binnen de werkrelatie een zichzelf in stand houdend drama. De hele relatie wordt vooral een kwestie van overleven, waarbinnen niemand zich meer gehoord en gezien voelt.

Ik heb daar natuurlijk wel mijn gedachten over.

Ik vind dat wij te snel tot een oordeel willen komen en daardoor niet voldoende open staan om onze patiënt werkelijk te ontmoeten. Als therapeut willen we onszelf natuurlijk ook bevestigd zien en sturen we vanuit onze richtlijnen aan op een geprotocolleerd behandelplan en op oplossingen die wijzelf wenselijk achten. Mocht de behandeling niet aanslaan, dan weten we in ieder geval zeker dat het niet aan ons kan liggen.

Waarlijk contact kunnen leggen begint door stil te staan bij jezelf: Ben ik in staat om open te staan voor de ander…?; Kan ik de ander zien en horen…?; Mag ik van mezelf, even stilstaan bij mezelf…?; Wat in mij blokkeert een ontmoeting…? Ontmoeten gaat over  jezelf vrijheid geven om in contact te kunnen komen met de ander. Je eigen gedoe met je patiënt onder ogen te zien en te verkennen, herkennen en erkennen! Contact met de ander, omdat je in contact bent met jezelf.

Ik kan mijn eigen gedoe steeds beter managen door vanuit nieuwsgierigheid stil te staan bij mezelf en zo in contact te blijven en verantwoordelijkheid te nemen voor mijn eigen kwetsbaarheden. Daarmee ben ik ook gaan ervaren dat er veel meer ruimte en compassie voor de ander is ontstaan. Dat ik die ander werkelijk kan gaan zien, horen en waarderen. Het mooie is dat door de ruimte die daarmee gaat ontstaan, de ander ook ruimte krijgt en neemt voor het maken van eigen stappen om tot nieuwe inzichten, keuzes, ervaringen en gedrag te komen.

Erik Schuurman.

deel dit artikel